Lokaal, regionaal en nationaal
“In U Ned werken we hard aan het mogelijk maken van groei in de regio Utrecht. Onze langetermijnvisie op de verstedelijking die daarvoor nodig is, staat beschreven in Utrecht Nabij. In het kort komt het erop neer dat we vooral willen verstedelijken in “de grote U” in de stad Utrecht en rondom ov-knooppunten in de regio. Dat kan alleen als je de bereikbaarheid goed regelt: hoe mensen zich van A naar B bewegen. Daarnaast is onze regio niet alleen een plek om te wonen, werken of studeren. Door de centrale ligging komen er ook een heleboel reizigers met een andere eindbestemming langs Utrecht. Voor deze reizigers is het heel belangrijk dat zij relatief soepel langs Utrecht kunnen reizen. We hebben dus te maken met opgaven 3: lokaal, regionaal en nationaal. In Utrecht Nabij zijn de eerste lijnen neergezet van hoe we met mobiliteit om willen gaan. In de Mobiliteitsstrategie 2040 werken we de visie verder uit tot een strategie, inclusief maatregelenpakket dat daarbij hoort. ”
Van ambitie tot maatregelenpakket
“We hebben een paar flinke stappen te zetten voordat duidelijk is welk pakket aan maatregelen het beste past. Elke strategie start met een ambitie. In dit geval: hoe bereikbaar willen we eigenlijk dat de regio in 2040 is? Als we dat scherp hebben, pakken we de prognoses erbij. Hoe druk is het in 2040 op de weg en in het openbaar vervoer als we alléén de maatregelen uitvoeren die nu al gepland staan? Je voelt het vast al aankomen: met slechts de geplande maatregelen gaan we de ambitie waarschijnlijk niet halen. Het gat tussen ambitie en prognose is de opgave waarvoor we een strategie maken. Bij die opgave stellen we scenario’s op. Wat gebeurt er bijvoorbeeld als je maximaal inzet op openbaar vervoer? Hoeveel bereikbaarheid levert dat op en welke investeringen en exploitatiekosten voor het ov horen daarbij? Of wat gebeurt er als je maximaal inzet op een ander reisgedrag en is dat realiseerbaar? In de scenario’s komen alle modaliteiten voorbij: van auto, fiets en benenwagen tot bus, tram en trein. Uiteindelijk nemen onze bestuurders op basis van al deze informatie een beslissing over het maatregelenpakket waarmee we die bereikbaarheidsambitie wél gaan halen.”
Enorme schuifpuzzel
“Het opstellen van de mobiliteitsstrategie is een enorme schuifpuzzel. Dat komt op de eerste plaats door de beslissingen die ook in andere programmaonderdelen worden genomen. De MIRT-verkenning OV en Wonen kan bijvoorbeeld resulteren in een gecombineerd station Lunetten-Koningsweg. Dat heeft directe invloed op de opgave die we proberen op te lossen of de knoppen waaraan wij in de mobiliteitsstrategie kunnen draaien. Daarnaast is het maatregelenpakket dat uit de mobiliteitsstrategie komt waarschijnlijk groot en kostbaar. Dat betekent dat je het stapsgewijs moet uitvoeren. De volgorde van die stappen heeft weer alles te maken met de ontwikkelingen in de regio: waar komen wanneer de nieuwe woningen. Uit de gebiedsonderzoeken kan bijvoorbeeld komen dat we rond 2030 op locatie X een groot aantal woningen willen bouwen. Dan is het handig dat ondersteunende mobiliteitsmaatregelen zijn genomen vóór de nieuwe huizen er staan. Gelukkig hebben we bij U Ned een programmabureau, waar ik deze complexe puzzel samen met de trekkers van andere programmaonderdelen kan leggen.”
De foto bij dit artikel is van Utrecht Marketing.